Kleurvererving Schotse collie
Collie kleuren:
De twee genen voor de basiskleur in collies zijn bruin (sable) en zwart (tri-color). De meesten van ons weten dat in ons ras bruin dominant en zwart recessief is. Een puppy erft één kleuren-gen van elke ouder. Daarom, als een collie een dominant bruin gen van elke ouder erft, is hij / zij een "puur voor sable" (homozygoot voor bruin). Als aan de andere kant een recessief zwart gen wordt bijgedragen door elke ouder, zal de collie een tri-color zijn (homozygoot voor zwart). Sommige collies erven een bruin gen van de ene ouder en een zwarte van de andere en maken ze tot tri-factored sables (heterozygoot genetisch hoewel het er nog bruin uitziet).
Merle Genetics:
In tegenstelling tot de twee basiskleurgenen van de collies, is het merle-gen geen kleurengen; in feite produceert het helemaal geen pigment. Er is geen kleuren-gen in collies voor blauwe vachtkleur alleen voor zwarte vacht en bruine vacht. Het Merle-gen verandert sommige delen van een zwarte vacht in grijs door de zwarte kleur niet volledig door te laten. Het merle-gen heeft precies hetzelfde effect op een collie met twee bruine genen, waardoor sommige delen van een bruine jas lichter bruin worden doordat er minder kleur doorheen komt. Natuurlijk, als een collie één bruine kleur gen en één zwarte kleur gen heeft, is het nog steeds een sable, alleen een dark-sable. Dit donker wordende fenomeen wordt epistasis (een interactie tussen genen) genoemd. Epistasis betekent dat het zwarte recessieve gen in een tri-factored sable wordt onderdrukt door het dominante bruine gen dat we sable noemen. Het fenotype van het bruine gen (uiterlijk) wordt tot expressie gebracht, dus het is epistatisch, terwijl het onderdrukte zwarte gen hypostatisch is en eenvoudig het bruin verduistert. De resulterende collie is nog steeds een sable. Dus wanneer een merle-gen zonder pigment inwerkt op de donkerbruine vacht, komen lichtere tinten bruin door.
Een enkel merle-gen van een Merle-ouder produceert een normale blauwe merle of sable merle. Wanneer echter elke ouder een merle-gen bijdraagt aan het nageslacht, treden er problemen op. Verschillende termen worden gebruikt om collies te beschrijven met twee kopieën van het merle-gen: double dilutes, white merles of double merles. Double-merles hebben meestal op zijn minst enige zicht- en / of gehoorbeschadiging. Deze gebreken worden echter niet doorgegeven aan de nakomelingen van de dubbele merrie, op voorwaarde dat ze alleen worden gekruist met tri-color of sable collies - - zonder merle-gen. De resulterende nakomelingen zullen allemaal normale merles zijn.
Merle Gene Modifier - Maltees:
Uit verschillende testen van het DNA uit verschillende grijze collies, ontdekte men dat deze Collies eigenlijk bleu-merle zijn met een extra mutatie die de zichtbare vlekken elimineert en een bijna solide grijze vacht produceert. Normale merle nestgenoten van grijse collie hebben niet meer kans om grijze nakomelingen te produceren dan welke andere blauwe merle dan ook. Ook zijn er geen gezondheidsgerelateerde problemen geassocieerd met het gemuteerde merle-gen dat grijze collies voortbrengt. Grijs is echter geen kleur die wordt erkend in de Collie-standaard; daarom is het fokken van collies met deze mutatie ongewenst. Deze grijzen collies geven hun grijze kleur door aan hun nakomelingen als ze worden gekruist. Als fokkers deze kleur niet willen verspreiden, mogen deze honden niet worden gebruikt voor de fok.
Merle Gen Modifier - Harlequin:
Harlequin is geen kleurengen maar eerder een vachtpatroon. Aangenomen wordt dat harlequin in sommige collies het gevolg is van een verandering in het DNA binnen of dicht bij het merle-gen. Bij collies heeft een harlequin meestal een witte achtergrond met zwarte vlekken, maar kan ook merle- en tan-punten hebben.
De meeste harlequin merles brengen een overwicht van harlequin blue merles voort, maar kunnen af en toe non-harlequin blue merles voortbrengen. In tegenstelling tot wat sommigen ten onrechte denken, zijn collies met harlekijnmotief niet defect en zijn er geen extra gezondheidsproblemen aan het patroon verbonden.
Irish spotting:
Irish spotting wordt gekenmerkt door bescheiden witte vlekken en is verantwoordelijk voor witte kragen, buikvacht, benen en voeten en staartpunt. Alle collies zijn "gefixeerd" voor dit Irish spotting patroon-allel, wat betekent dat alle collies twee exemplaren hebben.
Piebald:
Piebald veroorzaakt beperkte tot uitgebreide witte vlekken. Het verantwoordelijke allel komt verspreid voor in collies, wat betekent dat sommige collies geen kopieën hebben, sommigen één exemplaar hebben en sommige twee kopieën hebben. Eén kopie van het allel produceert white factored collies. Twee kopieën maken een "color-head white".
Bron: the Collie Health Foundation
De twee genen voor de basiskleur in collies zijn bruin (sable) en zwart (tri-color). De meesten van ons weten dat in ons ras bruin dominant en zwart recessief is. Een puppy erft één kleuren-gen van elke ouder. Daarom, als een collie een dominant bruin gen van elke ouder erft, is hij / zij een "puur voor sable" (homozygoot voor bruin). Als aan de andere kant een recessief zwart gen wordt bijgedragen door elke ouder, zal de collie een tri-color zijn (homozygoot voor zwart). Sommige collies erven een bruin gen van de ene ouder en een zwarte van de andere en maken ze tot tri-factored sables (heterozygoot genetisch hoewel het er nog bruin uitziet).
Merle Genetics:
In tegenstelling tot de twee basiskleurgenen van de collies, is het merle-gen geen kleurengen; in feite produceert het helemaal geen pigment. Er is geen kleuren-gen in collies voor blauwe vachtkleur alleen voor zwarte vacht en bruine vacht. Het Merle-gen verandert sommige delen van een zwarte vacht in grijs door de zwarte kleur niet volledig door te laten. Het merle-gen heeft precies hetzelfde effect op een collie met twee bruine genen, waardoor sommige delen van een bruine jas lichter bruin worden doordat er minder kleur doorheen komt. Natuurlijk, als een collie één bruine kleur gen en één zwarte kleur gen heeft, is het nog steeds een sable, alleen een dark-sable. Dit donker wordende fenomeen wordt epistasis (een interactie tussen genen) genoemd. Epistasis betekent dat het zwarte recessieve gen in een tri-factored sable wordt onderdrukt door het dominante bruine gen dat we sable noemen. Het fenotype van het bruine gen (uiterlijk) wordt tot expressie gebracht, dus het is epistatisch, terwijl het onderdrukte zwarte gen hypostatisch is en eenvoudig het bruin verduistert. De resulterende collie is nog steeds een sable. Dus wanneer een merle-gen zonder pigment inwerkt op de donkerbruine vacht, komen lichtere tinten bruin door.
Een enkel merle-gen van een Merle-ouder produceert een normale blauwe merle of sable merle. Wanneer echter elke ouder een merle-gen bijdraagt aan het nageslacht, treden er problemen op. Verschillende termen worden gebruikt om collies te beschrijven met twee kopieën van het merle-gen: double dilutes, white merles of double merles. Double-merles hebben meestal op zijn minst enige zicht- en / of gehoorbeschadiging. Deze gebreken worden echter niet doorgegeven aan de nakomelingen van de dubbele merrie, op voorwaarde dat ze alleen worden gekruist met tri-color of sable collies - - zonder merle-gen. De resulterende nakomelingen zullen allemaal normale merles zijn.
Merle Gene Modifier - Maltees:
Uit verschillende testen van het DNA uit verschillende grijze collies, ontdekte men dat deze Collies eigenlijk bleu-merle zijn met een extra mutatie die de zichtbare vlekken elimineert en een bijna solide grijze vacht produceert. Normale merle nestgenoten van grijse collie hebben niet meer kans om grijze nakomelingen te produceren dan welke andere blauwe merle dan ook. Ook zijn er geen gezondheidsgerelateerde problemen geassocieerd met het gemuteerde merle-gen dat grijze collies voortbrengt. Grijs is echter geen kleur die wordt erkend in de Collie-standaard; daarom is het fokken van collies met deze mutatie ongewenst. Deze grijzen collies geven hun grijze kleur door aan hun nakomelingen als ze worden gekruist. Als fokkers deze kleur niet willen verspreiden, mogen deze honden niet worden gebruikt voor de fok.
Merle Gen Modifier - Harlequin:
Harlequin is geen kleurengen maar eerder een vachtpatroon. Aangenomen wordt dat harlequin in sommige collies het gevolg is van een verandering in het DNA binnen of dicht bij het merle-gen. Bij collies heeft een harlequin meestal een witte achtergrond met zwarte vlekken, maar kan ook merle- en tan-punten hebben.
De meeste harlequin merles brengen een overwicht van harlequin blue merles voort, maar kunnen af en toe non-harlequin blue merles voortbrengen. In tegenstelling tot wat sommigen ten onrechte denken, zijn collies met harlekijnmotief niet defect en zijn er geen extra gezondheidsproblemen aan het patroon verbonden.
Irish spotting:
Irish spotting wordt gekenmerkt door bescheiden witte vlekken en is verantwoordelijk voor witte kragen, buikvacht, benen en voeten en staartpunt. Alle collies zijn "gefixeerd" voor dit Irish spotting patroon-allel, wat betekent dat alle collies twee exemplaren hebben.
Piebald:
Piebald veroorzaakt beperkte tot uitgebreide witte vlekken. Het verantwoordelijke allel komt verspreid voor in collies, wat betekent dat sommige collies geen kopieën hebben, sommigen één exemplaar hebben en sommige twee kopieën hebben. Eén kopie van het allel produceert white factored collies. Twee kopieën maken een "color-head white".
Bron: the Collie Health Foundation